Zoethoutgras

Zoethoutgras is een geurige plant die vaak over het hoofd wordt gezien, maar wie zich er even in verdiept ontdekt al snel hoe veelzijdig dit kruid is. Het groeit als een laag siergras en doet qua uiterlijk wat denken aan lisachtige planten. Toch is het vooral het aroma dat opvalt. Bij het kneuzen van het blad komt een lichte zoete geur vrij die doet denken aan anijs en drop. Dat maakt het een interessante toevoeging in de keuken, maar ook in de kruidengeneeskunde.

Het wordt soms verward met de wortel van zoethout, die afkomstig is van de Glycyrrhiza glabra. Toch is zoethoutgras iets heel anders. De geurstoffen zijn geconcentreerd in de wortelstok en het blad, en kunnen zowel vers als gedroogd gebruikt worden. In warme landen wordt het zelfs ingezet als natuurlijke luchtverfrisser, omdat de geur bij beweging of wind vrij komt uit het loof.

Wat het gras extra aantrekkelijk maakt, is dat het weinig eisen stelt aan zijn standplaats. Of je het nu in een pot zet op het balkon of tussen andere kruiden plant in de volle grond, het blijft vrij bescheiden in de groei en vraagt nauwelijks verzorging. Juist die bescheidenheid maakt het geschikt voor kleine keukens en mensen die een kruid willen dat zowel decoratief als bruikbaar is.

Wie het eenmaal gebruikt in de keuken of als thee, herkent het aroma meteen. Het is niet opdringerig, maar rond en zacht. Daardoor leent het zich goed voor subtiele smaakaccenten. En het is precies dat subtiele verschil dat een gerecht bijzonder kan maken zonder dat het overheerst.

Hoe gebruiken?

In de keuken wordt zoethoutgras vooral gebruikt als smaakmaker voor thee en infusies. Je kunt een paar vers gesneden blaadjes meekoken met water en daarna combineren met munt of citroenmelisse. Ook past het goed in zelfgemaakte limonades of als geurige basis voor ijsthee. Wie eens iets anders wil dan munt in zijn karaf, kan dit kruid zeker proberen.

In salades kun je het vers versnipperd toevoegen. De smaak is subtiel zoet met een zweem van anijs, waardoor het verrassend goed combineert met bittere bladsla of pittige rucola. Denk ook aan een frisse salade met geraspte wortel, sinaasappel en een vleugje van dit gras.

In warme gerechten moet je wat voorzichtiger zijn. De bladeren verliezen hun aroma bij hoge temperaturen, dus voeg ze pas op het einde toe. Bijvoorbeeld bij een groentestoofpot of een pan met gekookte linzen. Ook in Aziatisch geïnspireerde soepen kun je het laten meekoken in de bouillon, al moet je het dan voor het opdienen verwijderen.

Verder leent het zich uitstekend om geurige olie mee te maken. Stop een paar takjes in een fles met zonnebloemolie en laat dit enkele weken trekken op kamertemperatuur. Die olie kun je dan gebruiken in dressings of om een warm gerecht op het einde een zachte geur mee te geven.

Medicinale toepassingen

Zoethoutgras staat bekend om zijn kalmerende eigenschappen. In de kruidengeneeskunde wordt het gebruikt als rustgevend middel bij spanningen of nervositeit. Een kop thee met dit kruid voor het slapen gaan zou helpen bij een betere nachtrust.

Het wordt ook ingezet bij lichte spijsverteringsklachten. De aromatische stoffen stimuleren namelijk de werking van de maag zonder te irriteren. Het is dus een vriendelijk kruid voor mensen met een gevoelige maag of darmen.

Daarnaast zijn er verhalen dat zoethoutgras slijmoplossend werkt bij lichte verkoudheid, al is dat nooit klinisch onderzocht. De thee wordt dan gecombineerd met tijm of salie voor extra effect. In elk geval is het een mild kruid dat zelden bijwerkingen geeft.

Zoethoutgras bewaren

Wie het vers oogst, kan het ongeveer een week in de koelkast bewaren. Wikkel de stengels in een licht vochtige doek en leg ze in het groentevak. Zo blijven geur en structuur goed behouden.

Voor langer gebruik is drogen of invriezen aan te raden. Het voordeel van invriezen is dat de geur wat beter bewaard blijft, maar het is afhankelijk van hoe je het wilt toepassen. Gedroogd is het handiger om thee van te zetten of mee te koken.

Let op dat je het niet luchtdicht afsluit wanneer het nog vochtig is. Zowel in de koelkast als bij het drogen is schimmel een risico bij vochtige opslag. Zorg dus altijd dat het echt droog is voordat je het bewaart.

Invriezen

Snijd de bladeren in korte stukken en spreid ze uit op een bord of bakplaat. Zet dit een paar uur in de vriezer tot de stukjes hard zijn. Daarna kun je ze overbrengen in een diepvriesdoos of zak.

Gebruik een goed sluitend doosje om geurverlies te voorkomen. Zoethoutgras heeft namelijk vluchtige oliën die snel vervliegen als je het los in de vriezer laat liggen.

Voor gebruik kun je het bevroren direct toevoegen aan warme dranken of gerechten. Het ontdooien is meestal niet nodig, maar wil je het toch vers als garnering gebruiken, laat het dan kort op kamertemperatuur komen.

Drogen

Drogen gaat het beste op een warme, droge plek met goede luchtcirculatie. Hang de stengels ondersteboven in kleine bosjes en vermijd direct zonlicht.

Na ongeveer een week kun je controleren of de bladeren helemaal bros zijn. Breken ze makkelijk? Dan zijn ze klaar. Bewaar het daarna in een glazen pot op een donkere plek.

Gebruik bij voorkeur een pot met een goed sluitend deksel om aroma te behouden. Vermijd plastic, dat kan geur opnemen of doorlaten.

Zoethoutgras kweken

Je kunt zoethoutgras prima zelf kweken, zelfs als je geen grote tuin hebt. In een ruime pot op de vensterbank groeit het ook. Gebruik wel een pot met een goede drainage, want natte voeten verdraagt het niet.

Kies voor luchtige potgrond, liefst verrijkt met compost. Meng eventueel wat zand door de grond als je merkt dat hij te nat blijft. Zet de pot op een lichte plek, maar niet in de volle zon. Halfschaduw is ideaal.

In de volle grond kun je het beste in het voorjaar planten. De plant vormt wortelstokken, dus geef hem wat ruimte om uit te breiden. Bescherm hem in de winter eventueel met wat mulch of bladeren.

Water geven doe je met mate. Laat de bovenlaag van de grond altijd eerst wat opdrogen. In de zomer heeft hij wat meer dorst, maar natte wortels kunnen rot veroorzaken.

Het blad kun je meerdere keren per jaar oogsten. Knip met een schaar de buitenste stengels af en laat de kern zitten. Zo blijft de plant door groeien.

Alternatieven

Als je geen zoethoutgras in huis hebt, kun je soms citroengras gebruiken. Dat heeft weliswaar een citrusachtig aroma, maar past in dezelfde soort toepassingen: thee, soep of infusies.

Ook anijszaad kan als vervanger dienen in zoete gerechten of dranken. Het is wat sterker van smaak, dus gebruik minder.

Voor salades of olie kun je overwegen om venkelgroen te gebruiken. Dat geeft een zachte anijssmaak en combineert goed met andere kruiden.

Zoethoutgras zelf is op zijn beurt een alternatief voor wie de smaak van echte zoethoutwortel te intens vindt. De plant geeft een mildere toon en is makkelijker te doseren.

In Aziatische gerechten kun je als vervanger ook pandanblad proberen. Dit geeft een zacht zoet aroma dat verrassend goed samengaat met rijstgerechten of desserts.

Zo kun je met of zonder zoethoutgras altijd een weg vinden naar een subtiele smaak die net even anders is dan wat je gewend bent. Het is een kruid dat niet schreeuwt, maar juist zachtjes spreekt. Juist dat maakt het zo bijzonder.

Wilhelmus Hengstmengel

Wilhelmus Hengstmengel

Auteur en kok

Wilhelmus Hengstmengel kent de keuken als zijn broekzak. Al meer dan vijftien jaar verdiept hij zich in alles wat met smaak te maken heeft. Niet alleen de grote lijnen, zoals verse groenten, rijpe vruchten of goed stuk vlees, maar juist ook de kleine dingen die vaak over het hoofd worden gezien. Kruiden. Specerijen. Noten en zaden. Die eenvoudige smaakmakers die, als je ze op het juiste moment gebruikt, een bord eten ineens tot leven kunnen wekken. Een handje geroosterde sesamzaadjes, een snufje gerookt paprikapoeder, of wat fijngemalen komijnzaad, dat soort details maken voor hem het verschil.

Wat hem drijft is zijn achtergrond als groenteboer. Daar heeft hij niet alleen geleerd om kwaliteit te herkennen, maar ook hoe je ingrediënten moet behandelen zodat ze niet alleen vandaag goed zijn, maar ook volgende week nog hun kracht behouden. Hij weet precies hoe je kruiden moet drogen zonder dat ze hun geur verliezen, of hoe je noten en zaden bewaart zodat ze knapperig blijven. Voor Wilhelmus is koken geen kwestie van dure spullen of ingewikkelde recepten, maar van aandacht, timing en het juiste gevoel voor smaak. En dat begint bij hoe je met je voorraadkast omgaat.

Aanbevolen

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *