Tijm is een kruid dat al eeuwenlang een vaste plek heeft in keukens overal ter wereld. Het is geen opvallende plant, maar wie het eenmaal heeft gebruikt, weet wat het toevoegt aan een gerecht. De geur van verse tijmblaadjes die opengaat wanneer je ze fijnwrijft tussen je vingers, roept meteen een gevoel van huiselijke warmte en hartige stoofpotten op. Het is zo’n kruid dat zich op de achtergrond houdt, maar wanneer het ontbreekt, merk je het direct.
In de natuur groeit tijm op droge, zonnige hellingen, vaak tussen stenen en kiezels. Het is een taaie plant die goed tegen droogte kan, en dat zie je ook terug in zijn kleine, stevige blaadjes. Deze blaadjes bevatten krachtige etherische oliën die niet alleen smaak geven, maar ook bijzondere eigenschappen hebben voor de gezondheid. In veel landen wordt het daarom niet alleen als keukenkruid, maar ook als geneeskrachtig kruid gewaardeerd.
Wat dit kruid zo bijzonder maakt, is de veelzijdigheid. Het past bij vlees en vis, maar ook bij groente, peulvruchten en zelfs in bepaalde desserts zoals honingkoek of citrusgebak. En of je het nu vers gebruikt, gedroogd of ingevroren, de smaak blijft sterk en herkenbaar. Zelf gebruik ik het regelmatig in mijn keuken, bijvoorbeeld bij gebakken aardappelen, in een stoofgerecht of in een zelfgemaakte kruidenolie.
Wie het eenmaal in huis heeft gehaald, raakt eraan gehecht. Het is een kruid waar je op kunt bouwen. Geen opsmuk, geen poespas. Gewoon puur, krachtig en betrouwbaar. En dat is precies wat je in de keuken nodig hebt.
Hoe gebruiken?
Tijm kun je in heel veel gerechten gebruiken. Het geeft een aardse, licht pittige smaak die perfect samengaat met stoofgerechten, gegrild vlees en ovenschotels. Vooral in combinatie met rozemarijn, knoflook en laurier komt het goed tot zijn recht. Denk aan een klassieke stoofpot met rundvlees of een Provençaalse ratatouille waarin het kruid langzaam meekookt en zijn aroma loslaat.
In soepen en sauzen doet tijm het ook goed. Voeg het toe aan tomatensoep, linzensoep of een gebonden aardappelsoep. Gebruik bij voorkeur verse takjes die je aan het begin van de kooktijd toevoegt, zodat de smaak goed kan intrekken. De takjes kun je aan het eind makkelijk verwijderen. Gedroogde tijm gebruik je beter wat spaarzamer, want die is geconcentreerder van smaak.
In salades is het minder gebruikelijk, maar zeker niet ongeschikt. Een klein beetje fijngesneden verse tijm door een linzensalade of een couscousgerecht met gegrilde groente kan net dat extra laagje smaak geven. Ook in dressings, bijvoorbeeld een vinaigrette met mosterd en honing, doet het wonderen. Meng het met olijfolie, wittewijnazijn, een theelepel mosterd en een snufje zout voor een volle, kruidige smaak.
Ook bij eiergerechten komt het goed tot zijn recht. Strooi een beetje verse tijm over een omelet met champignons, of gebruik het in een quiche met ui en spek. De combinatie van ei en tijm is eenvoudig maar doeltreffend. Het brengt balans in het geheel, zonder dat het overheerst.
Medicinale toepassingen
Tijm staat al sinds de oudheid bekend als een geneeskrachtig kruid. In oude geschriften werd het gebruikt als middel tegen hoest en verkoudheid. Dat komt omdat het kruid thymol bevat, een stof die ontsmettend werkt en slijm losmaakt. Een thee van tijm helpt vaak goed bij een vastzittende hoest of beginnende keelpijn.
Daarnaast heeft het een rustgevende werking op de maag. Het kan helpen bij een opgeblazen gevoel of lichte krampen. Een aftreksel van het kruid na de maaltijd kan dan verlichting geven. Ook bij spijsverteringsproblemen of lichte misselijkheid is het een beproefd huismiddeltje.
Tot slot is er ook bewijs dat het een antibacteriële werking heeft. Niet voor niets werd het vroeger gebruikt om wonden schoon te maken. Hoewel we dat tegenwoordig aan ontsmettingsmiddelen overlaten, is het goed om te weten dat een natuurlijke stof zulke eigenschappen bezit. Inwendig werkt het ondersteunend bij luchtweginfecties en verkoudheden.
Tijm bewaren
Verse tijm is in de koelkast enkele dagen houdbaar, mits je het goed verpakt. Wikkel de takjes in een iets vochtig keukenpapiertje en bewaar ze in een afgesloten bakje of zakje. Zo blijven ze fris en voorkom je uitdroging. Haal wel altijd eerst eventuele slechte takjes eruit, anders gaan ze sneller schimmelen.
Je kunt ook verse takjes op water zetten, zoals je dat met peterselie of basilicum doet. Zet het potje in de koelkast of op een koele plek. Ververs het water om de paar dagen. Dit werkt vooral goed bij verse, pas geknipte tijm. De blaadjes blijven stevig en aromatisch.
Als je tijm over hebt, kun je het ook direct verwerken in olie of azijn. Voeg een paar takjes toe aan een fles olijfolie en laat dit een paar weken trekken. De smaak blijft lang behouden en je hebt een heerlijke kruidenolie voor dressings of om brood in te dippen.
Invriezen
Tijm kun je prima invriezen. Het makkelijkst is om de takjes eerst goed te wassen en te drogen. Vervolgens kun je ze als geheel invriezen in diepvrieszakjes of bakjes. Druk er zoveel mogelijk lucht uit om vriesbrand te voorkomen. Je kunt ze er bevroren uithalen wanneer je ze nodig hebt en meteen mee laten koken in je gerecht.
Een andere methode is om de blaadjes van de takjes te ritsen en deze los in te vriezen. Dat werkt goed als je het kruid later bijvoorbeeld over een gerecht wilt strooien. Je kunt ze ook samen met wat olijfolie in een ijsblokjesvorm invriezen. Zo heb je meteen handige porties voor in de pan.
Bevroren tijm verliest wel iets van zijn structuur, maar de smaak blijft grotendeels behouden. Het is dus vooral geschikt voor warme bereidingen en minder voor gebruik in koude gerechten of als garnering.
Drogen
Drogen is misschien wel de bekendste manier om tijm lang te bewaren. Het kan gewoon in de lucht aan een touwtje op een droge, warme plek. Hang kleine bosjes ondersteboven op en laat ze een paar dagen tot een week drogen. Zodra de blaadjes makkelijk van de takjes afvallen, zijn ze klaar.
Je kunt ook een voedseldroger gebruiken of de oven op een lage temperatuur zetten (rond de veertig graden Celsius). Spreid de takjes uit op een bakplaat met bakpapier en laat de ovendeur op een kier. Zo blijft de temperatuur laag en droogt het langzaam maar gelijkmatig.
Na het drogen bewaar je de blaadjes in een schoon, luchtdicht potje op een donkere plek. Goed gedroogde tijm is maandenlang houdbaar en behoudt veel van zijn aroma, mits je het niet blootstelt aan licht of vocht.
Tijm kweken
Tijm kweken is niet moeilijk en geeft veel voldoening. Het kruid houdt van zon en goed doorlatende grond. Kies een plekje waar het minstens zes uur per dag zon krijgt. Je kunt het direct in de volle grond zaaien, maar opkweken in een pot of bak werkt ook prima. Zorg dat overtollig water goed weg kan lopen, want natte voeten vindt de plant niet fijn.
Gebruik bij voorkeur zaaigrond of een mengsel van potgrond en zand. Zaai de zaden oppervlakkig en druk ze licht aan. Houd de grond vochtig maar niet nat. Binnen twee weken komen de eerste kiemplantjes op. Geef ze tijd om sterk te worden voordat je ze uitplant of verplaatst naar een grotere pot.
Als de plant eenmaal goed groeit, kun je regelmatig toppen en oogsten. Knip altijd boven een bladpaar zodat de plant zich vertakt. Zo krijg je een compacte, bossige groei. Geef af en toe wat voeding in het groeiseizoen, maar overdrijf niet. Tijm groeit traag, maar gestaag.
Ook op de vensterbank kun je het kweken. Kies dan voor een zonnige plek, bij voorkeur op het zuiden. Zorg voor voldoende luchtcirculatie, want stilstaande lucht maakt het kruid vatbaar voor schimmel. Houd de potgrond aan de droge kant en geef pas water als de bovenkant droog aanvoelt.
In de winter blijft de plant in rust. Buiten zal hij grotendeels verdorren, maar komt in het voorjaar weer terug. Binnen kun je eventueel wat bijlichten als je wil blijven oogsten. In een koude kas of op een beschut balkon overleeft hij ook, zolang er geen langdurige vorst is.
Alternatieven
Als je geen tijm in huis hebt, zijn er gelukkig andere kruiden die een soortgelijk effect kunnen geven. Rozemarijn is misschien wel het bekendste alternatief. De smaak is krachtiger en meer harsachtig, maar in stoofgerechten of bij geroosterde aardappelen werkt het uitstekend.
Oregano ligt dichter bij de smaak van tijm. Het is iets zachter en iets zoeter, maar geeft een vergelijkbare mediterrane toets aan je gerechten. Vooral in tomatensauzen en op pizza komt het goed tot zijn recht. Marjolein, dat familie is van oregano, is ook een mooie vervanger.
Salie kun je ook gebruiken als alternatief, vooral in gerechten met boter, gevogelte of pompoen. Het is wat uitgesprokener van smaak, dus gebruik het spaarzaam. Voor een meer frisse, citrusachtige toets kun je citroentijm proberen als je gewone tijm niet hebt.
Andersom werkt het ook: tijm kun je gebruiken als vervanger voor oregano, rozemarijn of zelfs dragon in sommige recepten. Het is een kruid dat zich makkelijk aanpast aan andere smaken. In salades, marinades en stoofpotten doet het zijn werk zonder zich op te dringen.
Tenslotte kun je ook denken aan kruidenmengsels waarin tijm zit, zoals Provençaalse kruiden of Italiaanse mix. Die zijn vaak samengesteld met het oog op balans. En als je echt niets in huis hebt, dan is een beetje gedroogde basilicum of zelfs peterselie altijd nog beter dan helemaal niets.

Wilhelmus Hengstmengel
Auteur en kokWilhelmus Hengstmengel kent de keuken als zijn broekzak. Al meer dan vijftien jaar verdiept hij zich in alles wat met smaak te maken heeft. Niet alleen de grote lijnen, zoals verse groenten, rijpe vruchten of goed stuk vlees, maar juist ook de kleine dingen die vaak over het hoofd worden gezien. Kruiden. Specerijen. Noten en zaden. Die eenvoudige smaakmakers die, als je ze op het juiste moment gebruikt, een bord eten ineens tot leven kunnen wekken. Een handje geroosterde sesamzaadjes, een snufje gerookt paprikapoeder, of wat fijngemalen komijnzaad, dat soort details maken voor hem het verschil.
Wat hem drijft is zijn achtergrond als groenteboer. Daar heeft hij niet alleen geleerd om kwaliteit te herkennen, maar ook hoe je ingrediënten moet behandelen zodat ze niet alleen vandaag goed zijn, maar ook volgende week nog hun kracht behouden. Hij weet precies hoe je kruiden moet drogen zonder dat ze hun geur verliezen, of hoe je noten en zaden bewaart zodat ze knapperig blijven. Voor Wilhelmus is koken geen kwestie van dure spullen of ingewikkelde recepten, maar van aandacht, timing en het juiste gevoel voor smaak. En dat begint bij hoe je met je voorraadkast omgaat.







